De draken van Komodo

Bali op twee snelheden

Mijn reis door Indonesië afgelopen zomer verloopt uiteindelijk anders dan aanvankelijk gepland. Het eiland kreeg een erg onrustige zomer te verwerken met een weerbarstige Mount Agung enerzijds en een aantal serieuze aardschokken waardoor vooral Lombok het hard te verduren kreeg anderzijds. De hevige bevingen van de aarde mocht ik ook zelf ervaren tijdens mijn eerste nacht op Lombok; wat ertoe leidt dat de plannen voor de rest van de reis noodgedwongen wijzigden. Intussen is de situatie op de Indonesische eilanden terug stabiel en zijn de nodige herstellingswerken op Lombok aangevat. Laat Indonesië dus zeker niet links liggen, als u het mij vraagt!

Ik keer noodgedwongen per ‘slow-boat’ terug naar Bali ... Het is hoe dan ook een fijn weerzien met het eiland, al lijkt er opnieuw weer veel veranderd sinds mijn laatste bezoek. Het verkeer ligt op sommige plaatsen nog meer in de knoop dan weleer en het aanbod nieuwe hotels is ook verbazingwekkend gegroeid. Bali is, in tegenstelling tot de rest van Indonesië, een hindoeïstisch eiland. Dat maakt dat het een bijzondere sfeer ademt; sereniteit en authenticiteit zijn hier meer dan op zijn plaats. Ik ervaar het eiland als een plek die leeft op 2 snelheden, die sterk contrasteren met elkaar. Enerzijds is er het Bali met zijn hippe restaurants, trendy beachbars en levendige stranden met internationale toeristen bij Uluwatu, Canggu of Seminyak, met zijn drukte en gezonde chaos, met zijn tal van bezienswaardigheden, ... Maar daartegenover staat het traditionele Bali dat lijkt te blijven stilstaan in de tijd en zich van al die 'hustle and bustle' niets aantrekt. Het is het Bali van de netjes afgezoomde rijstterrassen, huistempels en vaak heel eenvoudige woningen van de lokale bevolking. Hier is rust het motto!

Ik maak van de gelegenheid gebruik nog een aantal (nieuwe) luxehotels mee te pikken op het eiland: Alila Villas Uluwatu, Bulgari Resort, Six Senses Uluwatu, One Eighty, Suarga Padang Padang, The Purist, ... Belangrijk op Bali is vooral een hotel te kiezen met een strategische ligging in functie van excursies en activiteiten om zoveel mogelijk het verkeer in het verstedelijkte Bali te mijden. Doordacht kiezen dus als u Bali overweegt!

Op zoek naar de draken

Vanuit Bali neem ik, en dit stond wel op de oorspronkelijke planning, een directe binnenlandse vlucht naar het oostelijker gelegen Flores. Anderhalf uur vliegen en ik arriveer op de luchthaven van Labuan Bajo in het westen van het eiland. Flores zelf laat ik even links liggen, ik gebruik het dit keer uitsluitend als uitvalsbasis voor een tocht naar de Komodo-archipel. Komodo NP is een door UNESCO beschermde archipel van verschillende kleinere eilanden tussen West-Nusa en Flores met Rinca Island en Komodo Island als grootste eilanden. De bekendste inwoner van de archipel is ongetwijfeld de komodovaraan, de grootste hagedis ter wereld die enkel op Komodo en 3 andere eilanden voorkomt. De 'Komodo Dragon' is een erg kwetsbare soort vandaag de dag en niet eenvoudig te spotten, maar wel de moeite te proberen.

Om de archipel te verkennen, stap ik in Labuan Bajo een lokale Phinissi-boot op. Er zijn tal van mogelijke boten te charteren, gaande van 4 tot 10 personen; elk met privékok en crew aan boord en gaande van basiscomfort naar vrij luxueus. Een aanbod dat nog steeds groeit ook! Een boottocht is de eenvoudigste, beste en wat mij betreft de mooiste manier om zoveel mogelijk van deze regio mee te pikken. Omdat u er zorgeloos kan genieten van alle comfort en omdat u op een korte tijd veel van de archipel krijgt te zien. Als we voor anker gaan in een baai bij één van de eilanden is een wandeling met een ranger mogelijk en ook snorkelen en duiken behoren tot de mogelijkheden; een fijne afwisseling. Het geheel klopt: het landschap is verbluffend, de komodovaraan is even indrukwekkend als wordt beweerd en de boot is het ideale middel om dit alles te ontdekken. Wie graag naar Indonesië reist en daarbij op zoek is naar rust (een verademing na Bali?) en pure natuur, moet Komodo zeker overwegen.

Nog enkele tips:

Ik bezocht Komodo in de zomermaanden, halverwege het droge seizoen. Dat maakt dat het landschap er vrij dor en droog bij ligt. Voor een weelderig, groen decor is reizen na het regenseizoen (dat eindigt in april) de ideale periode. Dat maakt het zicht (én de foto's) nog indrukwekkender.
Komodo combineren met een topresort kan probleemloos! Combineer een aantal nachten zorgeloos genieten in Amanwana (Moyo Island, voor de kust van West-Nusa) met een topcruise richting Komodo inclusief duikarrangementen en trekkings op Rinca en Komodo. Een ander pareltje als het op accommodatie aankomt, is Nihi Sumba, een super exclusief resort op West-Sumba, ten zuiden van Komodo. Een plek voor ‘the rich & the famous’.

Interesse in een rondreis door Indonesië? Ik help u graag verder!
Patrick